{"id":990,"date":"2015-11-29T09:16:15","date_gmt":"2015-11-29T08:16:15","guid":{"rendered":"https:\/\/belediging-advocaat.nl\/?page_id=990"},"modified":"2016-02-09T13:54:56","modified_gmt":"2016-02-09T12:54:56","slug":"wanneer-is-er-sprake-van-belediging","status":"publish","type":"page","link":"https:\/\/belediging-advocaat.nl\/wanneer-is-er-sprake-van-belediging\/","title":{"rendered":"Wanneer is er sprake van belediging"},"content":{"rendered":"
Bij de vraag wanneer er sprake is van een (strafbare) belediging, is afhankelijk van wat er precies is gezegd en in welke context het is gezegd. Hierdoor kan niet op voorhand worden aangegeven welke bewoordingen toelaatbaar zijn en wanneer iets als een belediging kan worden aangemerkt. Dit is per zaak verschillend. Onderscheid moet worden gemaakt tussen op zichzelf staande beledigende woorden en uitlatingen die door de context als belediging kunnen worden aangemerkt.<\/p>\n
Wat onder belediging moet worden verstaan, wordt niet nader uitgelegd in de wet. In de jurisprudentie wordt het begrip ‘belediging’ wel enigszins nader uitgewerkt:<\/p>\n
In HR NJ 2002, 129 is bepaald\u00a0dat een uitlating beledigend is wanneer zij de strekking heeft een ander bij het publiek in een ongunstig daglicht te stellen en hem in zijn eer en goede naam aan te randen. Onderzocht dient derhalve te worden welke lading de verdachte in het bijzondere geval aan zijn woorden en\/of gebaren kennelijk heeft willen geven, en hoe zij door de geadresseerde in redelijkheid kunnen zijn opgevat. Zelfs woorden die, op zichzelf beschouwd, geen negatieve betekenis hebben, kunnen strafbare belediging opleveren indien de omstandigheden van het geval erop wijzen dat zij werden gesproken met het oogmerk te kwetsen, en redelijkerwijs ook zo kunnen zijn overgekomen, vgl HR NJ 2001, 101.<\/p>\n
Er zijn uitlatingen die op zichzelf of door de combinatie van de gebruikte woorden als een belediging kunnen worden aangemerkt. Het bezigen van in het spraakgebruik erkende scheldwoorden is beledigend in de zin van art. 266, eerste lid, Sr. Termen die naar algemeen spraakgebruik als scheldwoorden te kwalificeren zijn, zijn daarvoor geschikt. In het bezigen van dergelijke termen ligt reeds – behoudens contra-indicaties – de strekking om te beledigen besloten.\u00a0Zo hebben de\u00a0woorden “sukkels”, “loosers”, “klootzakken” en “kankerlijers” dragen op zichzelf genomen in het algemeen een beledigend karakter (LJN: BI5623, Hoge Raad, 22 september 2009).<\/p>\n
Ook bepaalde combinaties (‘samenstel van woorden’ kunnen worden aangemerkt als een belediging:<\/p>\n
Daarnaast zijn er dus uitlatingen die op zichzelf niet als een belediging kunnen worden aangemerkt.\u00a0In een dergelijk geval moet – volgens vaste jurisprudentie van de Hoge Raad – een uitlating als beledigend worden beschouwd indien zij de strekking heeft die ander aan te randen in zijn eer en goede naam. Het oordeel dat daarvan sprake is zal bij woorden waarvan het gebruik op zichzelf in het algemeen niet beledigend is, afhangen van de context waarin de uitlating is gedaan (vgl. HR 22 december 2009, LJN BJ9796, NJ 2010\/671).<\/p>\n
> Zie ook hiervoor Rb Den Bosch 21 augustus 2007,\u00a0LJN: BB2083: enkele homo roepen is niet beledigend<\/p>\n
> idem:\u00a0Gerechtshof ‘s-Gravenhage, 19 juni 2009,\u00a0LJN: BK4141<\/p>\n
Bij de vraag wanneer er sprake is van een (strafbare) belediging, is afhankelijk van wat er precies is gezegd en in welke context het is gezegd. Hierdoor kan niet op voorhand worden aangegeven welke bewoordingen toelaatbaar zijn en wanneer iets als een belediging kan worden aangemerkt. Dit is per zaak verschillend. Onderscheid moet worden gemaakt […]<\/p>\n","protected":false},"author":1,"featured_media":0,"parent":0,"menu_order":0,"comment_status":"closed","ping_status":"closed","template":"","meta":{"_mi_skip_tracking":false},"yoast_head":"\n